Je eerste relatie

We leren voor het eerst over relaties van onze ouders en verzorgers

De eerste relatie is die met onze ouders. Hiermee wordt de blauwdruk gelegd voor de manier waarop we later relaties aangaan en onderhouden. Dat wil niet zeggen dat je niet kunt leren om dat anders te gaan doen. Deze eerste manier waarop we aan iemand gehecht zijn, noemen we ook wel een hechtingsstijl. Grofweg zijn er vier stijlen te onderscheiden. Het is belangrijk je te realiseren dat dit een spectrum is en ieder mens een unieke set aan ervaringen heeft opgedaan en dus weer anders zal reageren. Toch zul je je waarschijnlijk in een van deze stijlen herkennen. Vooral op momenten dat je niet in verbinding staat met je partner. Tijdens een conflict bijvoorbeeld. Later in de training vertellen we hier meer over.

Ons brein en zenuwstelsel zit op zo’n manier in elkaar, dat we ons afstemmen op elkaar. Als we dat doen krijgen we een goed gevoel die o.a. wordt veroorzaakt door de ‘gelukshormonen’ oxytocine en dopamine. Mensen zijn dus gemaakt om zich met elkaar te verbinden. Het reguleren van emoties doen we deels samen. Als klein kind ben je hierin zelfs afhankelijk van de mensen die voor je zorgen omdat je het dan zelf nog niet kan. Mensen hebben de verbinding met anderen nodig om te overleven, groeien en zich goed te ontwikkelen. Dat maakt een kind kwetsbaar. Want ook al doen ouders nog zo hun best, ze kunnen onmogelijk 100% in de behoeften van hun kinderen voorzien. Ouders hebben namelijk ook eigen behoeften, verplichtingen, kunnen ziek worden, weggaan, sterven en hebben te maken met hun eigen geschiedenis en uitdagingen in het leven. De manier waarop je als kind ‘leert’ om met (die momenten van) verlies van verbinding met je ouders/verzorgers om te gaan, bepaalt de manier waarop je dat later doet in relaties.

In het Still Face Experiment met Dr Edward Tronick, zie je goed wat uit verbinding gaan door ouders met kleine kinderen doet: Klik hier voor link naar video